hystoblog

Home » 2016 » november

Maandelijks archief: november 2016

laatste melkrit

laatste-melkrit

Op de wagen Titus van Wieren, midden Klaas Bergsma en links naast de wagen Michiel Nieuwenhuis [collectie Foestrumer Archief]

Twee maal per dag. Zeven dagen per week werden de melkbussen opgehaald. In ‘mijn tijd’ door Titus van Wieren [1931 – 1990] en Klaas Bergsma. Busnummer 201 werd bij mijn vader Jan Steenstra opgehaald en leeg teruggebracht. Ik kan mij vaag herinneren dat er soms een bruin envelopje tussen de melkbus en het deksel uitstak – met ‘it molkejild’, de inkomsten.

Titus van Wieren nam de rit in 1957 over van Kees Zuidema, destijds uit De Dôlle. Kees Zuidema emigreerde naar Amerika en daardoor kon Titus ook de trekker van Zuidema overnemen. Daarmee was hij één van de eersten in Westergeest met een trekker.

Destijds kwam het vaak voor dat hij zomers per rit ruim 170 bussen melk had staan op twee wagens.

Rond 1973 stapte Klaas Bergsma naast Titus in dit werk tot ze in mei 1976 samen stopten. Andries van Kammen nam toen de ritten over.

Tot het op zaterdag 27 december 1986 helemaal voorbij was. Toen haalde Andries van Kammen voor de allerlaatste keer de volle melkbussen op. En bracht hij die naar Frieslands kleinste zuivelcoöperatie ‘Huisternoord’ [Oudwoude]. Zijn route was eigenlijk al behoorlijk ingekort. Veel boeren waren al overgeschakeld naar een melktank. Of waren gestopt.

Op de laatste rit werden nog maar 30 melkbussen opgehaald. In Westergeest was dat o.a. bij Berend Dantuma aan de Eelke Meinertswei.

Tortelduif voorkwam erger.

Bouwe Riemersma [1844-1931], bakker in Westergeest en zijn vrouw Sietske van der Zwaag [1845-1921]

Bouwe Riemersma en zijn vrouw Sietske van der Zaag [collectie Foestrumer Archief]

Bouwe Riemersma werd in Kollum geboren. Op 24 december 1844, in het gezin van de geboren en getogen Kollumer landbouwer Taeke Meinderts Riemersma [1823 – 1891] en Tetje Jacobs van der Bijl [1821 – 1847]. In 1846 kreeg hij een zusje, Trijntje Riemersma. Daarna sloeg het noodlot toe. Moeder Tetje stierf. In februari 1847. Vader bleef achter met twee hele jonge kinderen – Bouwe was net twee jaar.

Op 4 maart 1851 hertrouwde zijn vader Taeke met Aaltje Ids Dijkstra [1825 – 1899 ?].

Toen Bouwe op 21 juni 1877 met de 33-jarige timmermansdochter Sytske van der Zaag [ 1844 – 1922] uit Burum trouwde was hij ook nog landbouwer.  Trad hij nog in de voetsporen van zijn vader. Maar dat veranderde na zijn trouwen. En zij gingen wonen in Westergeest. Want toen op 14 augustus 1878 hun zoon Teake Meindert werd geboren, was Bouwe bakker. Zijn knoestige handen kneedden vanaf toen deeg. In de bakkerij op de hoek Eelke Meinerstwei / Van Teijenswei.

bakkerij Riemersma

Bakkerij van Bouwe Riemersma. Bouwe staat rechts. Naast hem staan de feint en de faam [collectie Foestrumer Archief]

Daar, idyllisch verscholen achter prachtige bomen, werd op 28 november 1880 hun tweede zoon Enne geboren. Maar ook hier vertekent het vreedzame plaatje de werkelijkheid. Er moest hard gewerkt worden. Om de zaak draaiende te houden. Dat lukte toen niet iedere bakker. In 1891 ging op de Triemen bijvoorbeeld zijn collega-bakker Sjoerd Annes Starkenburg [1848 – 1917] failliet.

Rond die tijd kreeg ook Bouwe te maken met tegenslagen.

Op 26 april 1891 stierf zijn vader op 68-jarige leeftijd. Bouwe was kind-af en moest de zakelijke belangen van zijn vader afhandelen. We zien hem in die tijd ook veel verschijnen bij de notaris om landerijen rondom o.a. Kollum te verkopen. Het zal een drukke, vermoeiende en verdrietige tijd zijn geweest.

Tot overmaat van ramp voltrok zich ook nog een zakelijke ramp. Ergens in oktober 1891 lag over het dorp Westergeest een diepe rust. Vrijwel iedereen sliep. Ook in de bakkerij van bakker Bouwe Riemersma bleef het die nacht lang rustig. Maar de rust werd snel en ruw verstoord. De [kennelijk] inwonende feint [knecht] werd wakker door geluid. De tortelduif ging tekeer. Toen hij polshoogte ging nemen, ontdekte hij brand. In de bakkerij. Iedereen werd gewekt, de brandweer werd gealarmeerd. Ondanks het ferme optreden kon de brandweer de bakkerij niet meer redden. De duif evenmin. Die stikte door de rook.

webmail-versatel

collectie Graftombe

Bouwe bleef niet bij de pakken neerzitten. Hij bleef in Westergeest – als bakker. Bouwe staat in 1893 nog op de foto met een aantal vrienden uit het dorp. En toen in 1913 hun oudste zoon en bakker Taeke Meindert [de schrijfwijze van Teake / Taeke verschilt soms] in het huwelijk trad met Detje Jilderda woonden Bouwe en “Sijtske” nog in Westergeest. Heeft zoon Taeke de bakkerij toen overgenomen en zijn ze toen vertrokken?

Want ze bleven niet in Westergeest wonen. Samen met zijn vrouw Sytske of Sietske vertrok hij naar Visvliet. Daar stierf Sietske op 5 mei 1922. Bouwe kwam te overlijden op 25 januari 1932, 87 jaar oud. Hij ligt in Visvliet begraven. Daar markeert een eenvoudige plaat zijn graf.

 

Nu U? Kunt u deze post aanvullen met gegevens? Of foto’s? Schroom dan niet om te reageren en help mee onze dorpsgeschiedenis completer te maken.

bronnen: